Hans en Grietje gingen weer vrolijk op pad.Ze gingen op zoek naar hun vader die in het houthakkersbos woonde. Maar wat was dat lastig zeg. Alle bomen leken op elkaar, welke kant moesten zij op?
Ze hoorde iemand lachen, heel hard lachen. “Zeven in één klap, Ik ben een held” klonk het.
Er zat een jongenman tegen de boom. Hij had een meetlint om zijn hals hangen. Achter zijn oren staken spelden en er stak een schaar uit zijn schort. Hij was kleermaker. Hij droeg een grote riem waarop in goudkleurige letters stond geborduurd: ‘Zeven in één klap’.
“Wat doen jullie hier?”vroeg de kleermaker.
“We zoeken het houthakkershuis” zei Grietje. “We zijn verdwaald”zei Hans. “Dat is niet zo mooi” zei de kleermaker. En wat zien jullie er uit zeg! Jullie kunnen wel wat nieuwe kleren gebruiken” zei de kleermaker.
“Waarom bent u eigenlijk een held?” vroeg Hans.
“Een lang verhaal jochie. Ik zal het in het kort vertellen” zei de kleermaker.
“Ik sloeg er zeven in één klap dood”. “Zeven wat?” vroeg Hans.
“Vliegen natuurlijk!” gilde de kleermaker. “En daarna heb ik een grote reus verslagen”.
Hans grinnikte, wat een onzin dacht hij.
“Wat doen jullie hier?”vroeg de kleermaker.
“We zoeken het houthakkershuis” zei Grietje. “We zijn verdwaald”zei Hans. “Dat is niet zo mooi” zei de kleermaker. En wat zien jullie er uit zeg! Jullie kunnen wel wat nieuwe kleren gebruiken” zei de kleermaker.
“Waarom bent u eigenlijk een held?” vroeg Hans.
“Een lang verhaal jochie. Ik zal het in het kort vertellen” zei de kleermaker.
“Ik sloeg er zeven in één klap dood”. “Zeven wat?” vroeg Hans.
“Vliegen natuurlijk!” gilde de kleermaker. “En daarna heb ik een grote reus verslagen”.
Hans grinnikte, wat een onzin dacht hij.
Toen de kleermaker verder vertelde waarom hij een held was en hoe hij de reus had verslagen, werd het Hans en Grietje duidelijk. De reus was geschrokken omdat hij dacht dat de kleermaker een grote steen fijn kneep tot moes. De reus dacht de kleermaker heel erg sterk was. Maar het was helemaal geen steen die de kleermaker fijn kneep. Het was een zacht geitenkaasje geweest wat de kleermaker had gekocht voor het avondeten. De reus was heel erg geschrokken en kei hard weggerend.
De kleermaker was een held. Hij had een reus verjaagd. Maar hij had nu geen eten meer voor vanavond. Hij wilde gesmolten geitenkaas met honing maken. Bij Hans en Grietje liep het water in de mond. Ze wilden nu helemaal naar huis.
“Weet u de weg naar het houthakkershuisje?”vroeg Hans. “Geen idee “zei de kleermaker. “Maar die kant moeten jullie niet op gaan. Daar kom ik net vandaan” Dan gaan wij de andere kant op, zei Grietje. Maar het Dappere Kleermakertje was al weer verdwenen.
De kleermaker was een held. Hij had een reus verjaagd. Maar hij had nu geen eten meer voor vanavond. Hij wilde gesmolten geitenkaas met honing maken. Bij Hans en Grietje liep het water in de mond. Ze wilden nu helemaal naar huis.
“Weet u de weg naar het houthakkershuisje?”vroeg Hans. “Geen idee “zei de kleermaker. “Maar die kant moeten jullie niet op gaan. Daar kom ik net vandaan” Dan gaan wij de andere kant op, zei Grietje. Maar het Dappere Kleermakertje was al weer verdwenen.
Hans en Grietje liepen weer verder op zoek naar het houthakkershuisje.
Wordt vervolgd
Free Counter
Geen opmerkingen:
Een reactie posten